Uitgangspunten

De BSM-De Jong® therapeut gaat uit van een bepaalde filosofie ten aanzien van ontwikkelings, leer- en gedrags­processen . Hiervoor geldt een aantal uitgangspunten met betrekking tot diagnostiek en therapie. BSM-De Jong® kent hiertoe een geheel eigen filosofie met als begrippen:

1. Het lichaam is een biologische eenheid.

Het menselijk organisme ontwikkelt zich in een voortdurende wisselwerking met de omgeving. Deze eenheid bestaat in het fysisch en psychisch functioneren en is een voorwaarde voor een ongestoorde ontwikkeling. Het één en ondeelbaar zijn van het lichaam in zijn relationele context is het basisbegrip van BSM-De Jong® .

2. De structuur en de functie zijn onderling en wederkerig afhankelijk van elkaar. 

Verandering van structuur resulteert in een verandering van functie. BSM-De Jong® gebruikt het concept structuur en functie in haar diagnostische en therapeutische toepassing door prikkeling van ascenderende- en descenderende banen. De wederzijdse en onderlinge afhankelijkheid van structuur en functie is het tweede begrip van BSM-De Jong®.

De eenheid van het lichaam in structuur en functie is terug te vinden in de samenhang tussen de verschillende weefsels en hun functies. Deze kunnen zijn:

* mechanisch: tussen beenderen, gewrichten en spieren.

* circulatoir door bloedvaten, het lymfestelsel en hersenvocht.

* membraneus: verbindingen tussen organen en weefsels door hun omhullende en beschermende vliezen.

* neurologisch, door zenuwbanen van het centrale en perifere zenuwstelsel.

* fysiologische, biochemische en electro-fysiologische overdracht tussen organen en weefsels.

Tip een bekende

Tip een bekende